De consumentenprijzen in de landen van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (Oeso) stegen in februari met 1,9%. Dit is iets minder dan in januari, toen de Oeso een inflatie van 2,1% rapporteerde. Frankrijk was het enige land van de G7 waar de inflatie opliep. De Franse inflatie bedroeg 1,3% in februari, tegenover 1,1% in januari. In het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten, Canada, Italië en Duitsland daalde de inflatie. In Japan is er nog steeds sprake van deflatie. De inflatie in Nederland bedroeg volgens de Oeso 0,4%. Dit is relatief laag ten opzichte van het gemiddelde in de eurozone. In het hele euro-gebied was sprake van 0,9% geldontwaarding.
De kleine afzwakking van de inflatie was met name het gevolg van een afvlakkende stijging van de energieprijzen, aldus de Oeso. Energie was op jaarbasis gemiddeld 8,4% duurder in februari. In januari was er echter nog sprake van een stijging van 10,6% ten opzichte van het jaar daarvoor. In februari waren consumenten in de 30 deelnemende voorname economieen aan voeding 0,3% minder kwijt, tegen een daling van 0,7% in januari. Exclusief voeding en energie, steeg het prijsniveau met 1,5%, nipt minder dan de 1,6% in januari.