De centrale banken wereldwijd zetten de geldkraan open om de wereld te behouden van een nieuwe depressie. Deze krampachtige houding is een uitloper van een experiment waarin centrale banken dachten welvaart te creëren door meer geld te printen uit het niets. In het begin voelt het ook zo aan dat meer geld voor meer welvaart zorgt. Maar het zijn vooral meer schulden die samen gaan met meer geld en dus geen welvaart. Het zichzelf voedende monster loopt nu op zijn laatste benen omdat het steeds meer nodig heeft, tot hij barst.

Een simpel voorbeeld: We nemen een geldhoeveelheid van € 100 waar voor € 100 voedsel en goederen tegenover staan. Elke eenheid kost €1. Plots beslist de centrale bank om een extra € 100 in het systeem te gooien zodat de bevolking meer voedsel en goederen kan kopen, het wil zo de welvaart verhogen. Meer goederen en duurder voedsel kunnen kopen geeft iemand een groter gevoel van welvaart. Er is nu € 200 geldhoeveelheid tegenover € 100 goederen en voedsel. Al snel zal elke eenheid € 2 kosten waardoor de welvaart gelijk gebleven is, maar er € 100 schulden zijn bijgekomen.

Een volgend simpel voorbeeld: Een kleine groep mensen strand op een eiland. De eilandbewoners splitsen zich op in kleine groepen die ieder een palmboom beheren. Elke palmboom produceert jaarlijks dezelfde hoeveelheid kokosnoten. Om de handel te vergemakkelijken maken ze munten uit de rotsen, 100 rotsstukken voor 100 kokosnoten.

Een slimme eilandbewoner bedenkt een systeem om 100 extra rotsstukken te maken zodat hij alle kokosnoten kan opkopen. De andere eilandbewoners hebben dit al snel door en verdubbelen de prijs van hun kokosnoten. De slimme eilandbewoner geraakt echter verslaafd aan het bijmaken van rotsstukken en maakt een extra 1.000 rotsstukken. Al snel moet iedereen 1.000 rotsstukken betalen voor een kokosnoot.

Uiteindelijk maakt het voor een verhongerde dakloze niet uit als hij € 1 tekort komt op een brood dat € 1.000 kost of als hij € 1 tekort komt voor een brood dat € 1 kost.

Op de één of andere manier ontstaan er alternatieve ruilsystemen waarbij andere goederen worden gebruikt om het originele product te kopen aan de echte waarde. Zo zal men op het eiland vis gaan zoeken om te ruilen tegen de kokosnoten. In de huidige malaise zal goud de plaats in kunnen nemen van vis omdat goud een ruilmiddel is dat over heel de wereld aanvaard wordt en gebruikt kan worden Dit is ook waarom fiatmunten ooit verdwijnen en echte ruilgoederen niet.

Ronald Hendrickx van Fininfo-be. Bron: Of two minds