Twaalf september 2012 mogen wij burgers stemmen. Als je niet puur willekeurig te werk wilt gaan is het nodig om eerst een afweging en selectie te maken. Kiezen voor partijen, personen, standpunten en verkiezingsprogramma’s. De onzekerheid is echter groot. Meer dan ooit is er twijfel of het nog wel wat uitmaakt of je stemt, dan wel op wie je stemt. De vraag komt telkens weer op of het niet allemaal één pot nat is, de speelruimte, door de vele processen in de wereld, miniem en vooral of politici ná de verkiezingen niet gewoon hun eigen gang weer gaan, roepende dat samenwerken flexibiliteit en offers vraagt.
Allereerst Europa
De Europese unie en de Eurozone spelen momenteel een meer dan belangrijke rol in het politieke denken. Door de crises zijn ze een flink onderdeel van het verkiezingsspel geworden. Omdat er van alles geroepen wordt over de standpunten van partijen betreffende Europa heb ik wat dat punt betreft, en voor zover het mogelijk was, de verkiezingsprogramma’s van de belangrijkste partijen eens wat nader bekeken. Durft men duidelijk te zijn of probeert men het kruit droog te houden door wollig taalgebruik met vele mitsen, maren en uitgebreide volzinnen.
![]()
Zonder er een wetenschappelijke verhandeling van te willen maken ben ik wat mij betreft tot de volgende conclusie in hoofdlijnen gekomen namelijk : De PVV van Wilders is absoluut en duidelijk tegen alles wat met het woord Europa begint en D66 is helemaal vóór, meer dan gloeiend enthousiast. De rest is vóór Europa, ook de SP van Roemer!, en gebruikt vaak veel woorden en nuances om speelruimte te houden. Bijvoorbeeld: Wij zijn voor Europa mits de democratische basis wordt versterkt, of we zijn voor Europa mits het beperkt blijft tot een zestal gebieden als…
Een kleine onderbouwing van de belangrijkste constateringen:
- PVV: De Partij voor de Vrijheid heeft een simpele en duidelijke slogan gekozen. Nederland uit de EU. Uit het moeras. Terug naar een eigen munt;
- D66: De Democraten gaan tegengesteld aan de PVV helemaal vóór Europa. Europese integratie is een waarborg voor vrede, veiligheid en welvaart volgens D66.
- SP: Socialistische Partij: “De SP zet zich er voor in om de EU eerlijker, socialer en menswaardiger te maken. Het overhevelen van bevoegdheden en de uitbreiding met nieuwe landen moet op voldoende draagvlak onder de bevolking kunnen rekenen. Bij belangrijke besluiten moet zij zich hierover via referenda of verkiezingen kunnen uitspreken.” Mmm, dat klinkt helemaal niet tegen maar vóór. Het standpunt is taalkundig zodanig en uitvoerig vormgegeven dat men er alle kanten mee op kan;
- VVD: De partij met nu nog premier Rutte zit wat dubbel met Europa. Men gebruikt wollige bla bla taal om de standpunten weer te geven. De VVD ziet Europese samenwerking als een effectief middel om vrijheid en welvaart te vergroten. De EU concentreert zich op haar kerntaken door zich te richten op de gemeenschappelijke markt en grensoverschrijdende problemen en kansen: klimaat en energie, migratiestromen, criminaliteit- en terrorismebestrijding. Voor het overige treedt de EU niet in de bevoegdheden van de lidstaten. De VVD wil geen ‘superstaat Europa’. Wij willen een Europa dat werkt.
- De rest van de Partijen verschilt qua standpunten wat Europa betreft niet enorm. Men is vóór met vele nuances.
Maakt het wat uit of en voor wie je kiest?

Het zou mij niet verbazen als voor de huidige generaties van kiezers de onzekerheid over wat er met hun stem gebeurt groter is dan ooit. Zowel door de crises, Europa, de globalisering, als de versplintering van het partijlandschap, is alleen de onzekerheid zeker. Niemand weet meer hoe morgen en overmorgen laat staan de volgende maand er uit zal zien. In Spanje heeft de regering onder leiding van Rajoy al na korte tijd zijn koers 180 graden moeten wijzigen. Weg van alle eerdere beloftes op naar enorme hervormingen waarbij niemand weet wat de uitkomst zal zijn.
Aan de macht zijn…
Blijft natuurlijk voor velen de vraag of het momenteel nog wat uitmaakt welke partijen er aan de macht zijn. Als je de politici zelf hoort, vooral als men nu in de oppositie zit, dan maakt het álles uit. Het verschil tussen nu fout/ verkeerd en het straks beter/goed af zijn.
Kijk naar Duitsland en Frankrijk als voorbeeld. Zwart wit in blokken verdeeld is in de Bondsrepubliek nu midden/rechts/liberaal aan de macht en roepen de links/socialistische/groene partijen dat zij het veel beter kunnen. In Frankrijk idem dito. De nieuwe Franse President Hollande, afkomstig uit socialistische huize gaat het helemaal anders doen dan Sarkozy die leiding gaf aan een centrum-rechtse regering. De rijken moeten boeten (en verhuizen nu massaal naar de omringende landen) arbeiders mogen niet meer ontslagen worden (Peugeot-Citroen), de staat moet veel meer investeren, de belastingen omhoog en meer.
Het blijft een strijd tussen goed en fout, zwart en wit, waarbij de partijen om de zoveel tijd van kleur wisselen. De conclusie moet zijn dat het op korte termijn wel degelijk wat uitmaakt welke partijen er aan de macht zijn en wij dus door ons stemgedrag invloed kunnen uitoefenen. Duidelijk is ook dat we onder invloed van de vele eerder genoemde factoren als crises, globaliseren e.d. vooraf absoluut niet zullen weten hoe het zal gaan, wat er met onze stem zal gaan gebeuren, welke impact deze zal hebben, of de verkiezingen ons oplossingen brengen of de chaos alleen nog maar vergroten.
Achteraf zijn we altijd wijzer dat is zeker en… niet stemmen is ook kiezen, je beïnvloed daarmee de kiesdeler. Minder kiezers betekent dat er voor elk van de 150 te verdelen zetels minder stemmen nodig zijn en daar hebben bepaalde partijen weer voordeel bij. Zeker is dat het meer dan spannend blijft.


