“Onze aarde heeft genoeg voor ieders behoefte, maar niet voor ieders hebzucht.” (Gandhi)
Verkiezingen
Op 12 september zijn er verkiezingen. Nederlanders kunnen dan uitsluitend kiezen uit vele soorten liberale, christelijke of socialistische partijen, die allemaal gericht zijn op verdere economische groei. Maar waarom is er geen partij met een goed alternatief, als vrijwel iedereen inmiddels weet dat economische groei de armoede en criminaliteit niet uit de wereld helpt, en uiteindelijk leidt naar de ondergang van zowel de democratie, de sociale voorzieningen, als het milieu?
“Vrije” landen
Paradoxaal wordt momenteel iedereen in de rijke “vrije” landen door zijn overheid verplicht om tot zijn pensioengerechtigde leeftijd te werken. De enorme productie en consumptie is het gevolg van 40 á 50 jaar goed beloonde verplichte arbeid. Iedereen boven de pensioengerechtigde leeftijd, alsook de arbeidsongeschikten en de steeds groter wordende groep mensen die geen werk kunnen vinden, moeten voorzien in hun levensonderhoud via sociale voorzieningen, die moeten worden opgebracht door degenen, die nog wel werk hebben. Dit op volledige werkgelegenheid gerichte systeem staat nu op instorten omdat er te weinig wordt geconsumeerd, waardoor ook de productie stagneert. In combinatie met de hoge staatsschulden en een bankencrisis wordt nu de betaalbaarheid van de sociale voorzieningen bedreigd, waar werklozen, arbeidsongeschikten en ouderen afhankelijke van zijn. Daarnaast is dit op groei gerichte economische systeem momenteel gedwongen zoveel te produceren en te consumeren, dat de schade aan het milieu wereldwijd het voortbestaan van de mens bedreigt. Al deze problemen zijn het gevolg van het feit, dat de overheid mensen onder het mom van vrijheid, dwingt tot zijn pensioengerechtigde leeftijd te arbeiden.(+1)
De overheid
Onder invloed van de niet meer toenemende consumptie worstelen onze overheden aan de ene kant met het probleem, dat sociale voorzieningen zullen verdampen als multinationals en banken failliet gaan. Aan de andere kant veroorzaakt de uitsluitende gerichtheid van de overheid op een zo lang mogelijke arbeidsplicht, een steeds verdere monopolisering van grote bedrijven. De democratisch gekozen overheden moeten daardoor steeds meer macht overdragen aan de alsmaar groter en machtiger wordende op winst gerichte multinationals en banken, waardoor uiteindelijk het concurrentiebeginsel waarop zij hun bestaansrecht hebben, niet meer werkt. Prijsafspraken tussen multinationals en banken zijn op den duur niet meer tegen te houden. Zo is het niet uitgesloten, dat op korte termijn een klein aantal multinationals het monopolie op de woning-, voedsel- en kledingproductie in handen krijgt, hetgeen het einde betekent van de democratie.
Kern- en pretproduktie (+2)
Onze basisbehoeften zijn al eeuwen redelijk stabiel. Om de bevrediging van die kernbehoeften te garanderen zijn in ons economisch systeem sociale voorzieningen van het grootste belang. Om deze sociale voorzieningen in stand te houden, moeten onze overheden die maatregelen nemen, die ertoe leiden, dat multinationals en banken steeds meer gaan produceren, en consumenten steeds meer gaan consumeren, waardoor uiteindelijk de democratie wordt ondermijnd en we te maken krijgen met ernstige milieuproblemen. Als echter dat verhogen van de productie en consumptie niet meer lukt, zullen multinationals en banken failliet gaan, en verdampen onze sociale voorzieningen. Ongebreidelde economische groei is een zichzelf verstikkend doodlopend systeem, net als kanker. Waarom blijven overheden gericht op economische groei, en niet gewoon op armoedebestrijding?
Vrijheid
Mensen zijn pas vrij, als ze levenslang verzekerd zijn van de bevrediging van hun basisbehoeften, zoals een eigen fatsoenlijk onderdak, voedsel en kleding, het basisinkomen-in-natura. Geen overheid kan zijn onderdanen dan meer een arbeidsplicht opleggen, of juist verbieden te werken. Vrije mensen zijn niet langer slaaf, van niemand afhankelijk en verwerkelijken hun eigenbelang. We noemen een land ook pas arm, als de bevrediging van de kernbehoeften niet mogelijk is, waardoor mensen te maken krijgen met honger, krottenwijken, enz.
Naar een bevrijdende economie
Een leven in vrijheid is alleen mogelijk als overheden de bevrediging van de kernbehoeften garanderen zonder sociale voorzieningen. Omdat dan niemand meer een arbeidsplicht heeft, maar geheel vrij is om al of niet te werken, kan de overheid elk stimuleren van de economische groei (pretproductie) door belastingaftrek op reclame en bedrijfskosten laten vervallen. De overheid heeft geen bemoeienis meer met de pretproductie, en komt geheel in handen van vrije particulieren. Om dit te realiseren vraagt de lokale overheid werklozen, en niet de op winst gerichte projectontwikkelaars en banken, slechts 5 jaar aan de lopende band kernproducten als woningen, voedsel en grondstoffen voor kleding (Plantlab) te produceren, waarover de werklozen zelf na die tijd levenslang gratis kunnen beschikken. Omdat sociale voorzieningen dan niet meer nodig zijn kan het huidige uurloon van gemiddeld E 40.-/uur naar E 10.-/uur, waardoor de stichtingskosten van de overgeproduceerde woningen kunnen worden verkocht voor een zodanig lage prijs, dat iedere koper dat binnen 5 jaar kan aflossen bij de overheid. Iedereen kan dan vanaf zijn 25e tot 30e levensjaar een vrij mens zijn. Om de kosten van de kernproducten en de arbeidsplichtige leeftijd nog verder te verlagen is het zelfs mogelijk met een goed overheidsbeleid dit basisinkomen-in-natura op den duur door robots te laten uitvoeren.
Naar een nieuwe vorm van stedenbouw
Met deze door de werkloze zelf ontworpen woningen (grootte, indeling en gevels) bouwen ze autoloze, kleinschalige, zelfredzame steden of dorpen, die gratis hun eigen niet-fossiele energie en voedsel produceren. De steden moeten zo zijn ontworpen, dat winkels, werkgelegenheid en natuur niet op auto-, maar op loopafstanden zijn te bereiken, zodat olie niet meer echt nodig is. Het bouwen van deze steden werkt hetzelfde als het vroeger bouwen van steden als St.Petersburg, piramiden, paleizen, kathedralen, kanalen en dijken (werkverschaffingsprojecten), enz. met dit verschil, dat de bouwers van toen, nooit de eigenaar werden van hun eigen product, hetgeen hier wel het geval is. Om bv. een stad met 30.000 woningen in 5 jaar te kunnen bouwen, zijn ong. 5.000 werklozen nodig, die daarmee na 5 jaar een basisinkomen-in-natura verwerven. De overige 25.000 woningen worden incl. voedsel en kleding verkocht voor een zodanige prijs, dat de overheid kan worden terugbetaald, en de koper dit bedrag binnen 5 jaar kan aflossen. Na 10 jaar hebben dan 100.000 mensen een basisinkomen-in-natura. Met 150 miljoen werklozen zijn dat er 3 miljard.

De krottenwijken en honger op de wereld
Als we in 2050 wereldwijd iedereen de bevrediging van hun kernbehoeften willen garanderen, dan moeten onze overheden nog voor 3 miljard mensen in 30 jaar tijd in 1000 grote wereldsteden woningfabrieken bouwen met een dagproductie van 100 woningen, waarmee nieuwe steden of dorpen kunnen worden gebouwd. Intussen kunnen de bestaande steden worden aangepast aan de nieuwe stadsprincipes. Alleen dan hebben we met 9 miljard mensen in 2050 geen krottenwijken meer, waar armoede, honger en ziektes heersen. Alleen dan lossen we het overbevolkings- en voedselvraagstuk op, niet met ontwikkelingswerk. Voor voorbeelden van dat soort steden, zie www.piramidestad.nl.
Aad Breed
(+1) Volgens Hannah Ahrendt is arbeiden het verrichten van werkzaamheden uitsluitend omwille van een inkomen, en werken het verrichten van werkzaamheden omwille van het plezier, ook zonder inkomen.
(+2) Onder kernproducten worden de producten verstaan, waarmee basisbehoeften worden bevredigd. Zij maken het leven mogelijk. Pretproducten zijn producten, die niet nodig zijn voor het bevredigen van basisbehoeften. Zij maken het leven aangenaam.



