Het World Food Programme van de Verenigde Naties test sinds 2017 het gebruik van blockchain technologie om vluchtelingen te helpen. Momenteel gaat het om 100.000 mensen in kampen in Jordanië, op de vlucht voor oorlogen in buurlanden zoals Syrië. Tegen maart 2019 hoopt de internationale organisatie dat aantal te vervijfvoudigen. Andere hulporganisaties zoals de Wereldbank, Unicef en het Rode Kruis proberen eveneens hulp te bieden met behulp van blockchain.
Niets dan voordelen
Door middel van iris scanning krijgt eenieder waar hij en zij recht op hebben. De aanvoer en inventarisatie gebeurt correct, dus waarbij locale fraude en corruptie zo goed als vermeden wordt. Dit laatste was al zo lang een doorn in het oog en een grote belemmering. De voormalige Secretaris-Generaal van de VN, Ban Ki Moon, zei reeds in 2011 dat zo’n 30 procent van de hulp altijd al verloren ging. Doneerders kunnen eveneens dankzij de blockchain hun giften volgen. Helemaal tot op de eigenlijke bestemming, zelfs tot aan de specifieke familie in deze verre, vreemde landen in onrust zelf. Iedereen in de blockchain dus!
Besparingen
Het gebruik van de blockchain in deze heeft aldus nog niets dan voordelen opgeleverd. Controle, correctheid en overzicht, en zelfs besparingen. “It improves the transparency, accountability, and communication across the board’, aldus een van de managers van het genoemde project. En een van de gebruikers, ontvangers van de voedselhulp: “It’s a very easy process and it doesn’t have any complications”. Voor elke cent kan nu rekenschap worden afgelegd. Voorlopig worden nog Amerikaanse dollars gebruikt in plaats van bit- of altcoins, maar wie weet wordt dat de volgende stap?