Het heeft iets weg van een wortel tonen aan een ezel om hem vooruit te krijgen, hoop en verlangen op te wekken. Het economisch bureau van de grootbank en genationaliseerde ABN Amro spiegelt ons voor dat we vooral weer vooruit moeten kijken. In 2015 (we zijn 2014 amper begonnen) zal het Nederlandse bedrijfsleven namelijk weer groei vertonen, aldus de bankiers. De basis van het vertrouwen van dat bedrijfsleven en van de consument komt langzaam terug en de scherpe kantjes van de eurocrisis zijn er ook nog eens af.  Je gelooft het niet.

De crisis is wéér voorbij

Het is weer hoopgevende taal. Echter: een aantal belangrijke branches zal in 2014 nog steeds een krimp vertonen, zoals de bouw en de verkochte goederen in de detailhandel. De Nederlandse export zal sterk blijven en – weer die figuurlijke wortel – in 2015 zal de consument “voorzichtig weer meer gaan besteden” en “ook de werkloosheid zal in 2015 weer wat gaan afnemen”.  Dixit allemaal de economen van genoemde prominente Nederlandse bank.

De economie: wonen en werken

Omdat Nederlandse en andere economen, centrale banken, overheden, eigenlijk de hele wéreld, zo opkijken naar het grote economische voorbeeld van de Verenigde Staten, gaan we eens kritisch kijken naar de werkelijke toestand in dat land. De crisis is voorbij, op papier. De realiteit is echter minder fraai. We hoeven daarvoor slechts naar twee zeer belangrijke economische indicatoren te kijken: wonen en werken. Wanneer het daarmee goed gesteld is, is er sprake van echte economische vooruitgang, of van herstel, zoals uw wilt.

Huizenbubbelcrisis

De bron van alle Amerikaanse kwaad was teveel en te makkelijk geld uitlenen om huizen te kopen.  Die leningen – hypotheken dus – werden vervolgens verpakt en verkocht over gans de wereld. Dat waren de zogenaamde subprime mortgages. Toen bleek dat de meeste Amerikaanse kopers hun hypotheek niet meer konden afbetalen, gingen deze verpakte leningen in default, met alle gevolgen van dien. De officiële start van de Kredietcrisis in 2008 was het barsten van de Huizenbubbel die startte in 2007.  Vlak voor dat moment waren huizen torenhoog. Zelfs op het hoogste punt in 100 jaar.

Er is niets veranderd

Je moet daarvoor kijken naar de prijs versus het gemiddelde jaarinkomen. Op het toppunt van de bubbel in 2007 was de verhouding 6,8 maal. Vandaag, anno 2014, ligt die verhouding echter nog steeds op 6,4 maal, met een gemiddeld jaarinkomen in de VS van 51.000 dollar en een gemiddelde huizenprijs van 328.000 dollar.  Het gemiddelde jaarinkomen is daarbij in feite zelfs gezakt tot het niveau van 1987… Conclusie: huizen zijn daardoor nauwelijks meer betaalbaar geworden dan in 2007, vlak voor de bubbel barstte.