Recent is gepubliceerd dat steeds meer gemeenten de wet Waardering Onroerende Zaken (WOZ) onjuist uitvoeren. We tonen met beschikbare data aan dat het fundamenteel fout zit bij gemeenten. Burgers en bedrijven betalen jarenlang te veel WOZ belasting en aan gekoppelde belastingen. De overheid blijft straffeloos geld ophalen. Het belangrijkste doel van de Wet WOZ staat in die wet zelf: de waarde van onroerende zaken bepalen en vaststellen voor de heffing van belastingen door rijk, gemeenten en de waterschappen. Het hoofddoel van de overheid is zo veel mogelijk geld innen, maar is nooit zo expliciet beschreven. Uit onze analyse blijkt dat beide doelen stevig aan elkander zijn verknoopt.
Opbrengst WOZ stijgt met 5,2%
Ondanks dalende WOZ waarden verwachten gemeenten in 2013 zo’n €4,6 miljard aan WOZ inkomsten. Dit is ten opzichte van 2012 een stijging met maar liefst 5,2%. Van 2011 naar 2012 bedroeg de verwachte stijging zelfs 5,7%. In beide crisisjaren wijt het CBS dit aan ‘onder meer areaaluitbreiding en tariefstijgingen’. De totale belastingopbrengst van de met de WOZ waarden geheven belastingen loopt tegen de €6 miljard, zo meldt de Waarderingskamer medio 2012. Hierbij is ook het bedrijfsonroerend goed meegenomen. De Waarderingskamer houdt toezicht op de correcte uitvoering van de WOZ bij gemeenten. Omdat de WOZ waarde de grondslag vormt voor tal van heffingen is er sprake van een gigantisch financieel effect als er structureel iets niet deugt bij de waardevaststelling van de WOZ
WOZ en de woningmarkt
We confronteerden de bovenstaande gestage WOZ groei met enerzijds de beweging van de gemiddelde woningwaarde volgens de WOZ en anderzijds de feitelijke marktwaardeontwikkeling van de woningen in ons land: de prijsindex van alle verkochte woningen. Met ander woorden het eerste is wat het WOZ systeem heeft voortgebracht. Het tweede is wat echt op de woningmarkt gebeurde. Verder is in figuur 3 de officiële gemiddelde woningwaardedaling van de Waarderingskamer geplaatst. De gemiddelde woningwaarde kwam volgens de WOZ op 1 januari 2012 op €232.000,-. Dat is ruim 2% minder dan een jaar eerder. Het is het tweede jaar op rij dat de gemiddelde WOZ waarde is afgenomen. Deze is nu weer terug op het niveau van 2008 volgens het CBS (figuur 1). De ontwikkeling van de prijsindex van alle verkochte woningen is continu dalend (figuur 2).
Ongeloofwaardig
We concluderen dat figuur 1 niet beweegt zoals figuur 2. Het is dan ook volstrekt ongeloofwaardig dat de gemiddelde woningwaarde volgens WOZ na de start van de crisis in 2008 eerst stijgt en daarna zo langzaam daalt. In figuur 3 wordt ten minste wel bevestigd dat er een woningwaardedaling aan de gang is, maar hij spoort niet met figuur 1. Dit is pijnlijk omdat de gegevens van de Waarderingskamer dè norm zijn voor de WOZ berekeningen.
Gesjoemel
Gemeenten doen ieder jaar over het algemeen twee belangrijke dingen: het OZB tarief opkrikken en de daling van de woningwaarde dempen. Kortom, minder laten dalen dan werkelijk het geval is. Het OZB tarief is formeel gebonden aan een maximaal stijgingspercentage per jaar en de woningwaarde behoort te zijn gekoppeld aan de gemeten werkelijkheid (welke in een algemener model wordt geplant). Met beide items wordt gesjoemeld teneinde de gemeentelijke inkomsten jaarlijks te maximaliseren. Op het ‘derde niveau’ van woonomgeving wordt ook nog gesjoemeld omdat onzorgvuldig referentieobjecten in wijk en buurt bij uw woning of bedrijf zijn gezocht.
Is er hoop op verbetering?
Nee weinig kans, omdat men amper bezwaar maakt tegen de WOZ aanslag (minder dan 3 %). De Waarderingskamer, ook een overheidsinstelling, controleert slechts op hoofdlijnen vanwege de miljoenen aanslagen. En zij heeft weinig sancties tegen gemeenten. Het rijk (huurwaardeforfait relatie met WOZ) en de gemeenten hebben een groot gemeenschappelijk belang bij continuïteit van de enorme geldstroom. En last but not least Tweede Kamerleden stellen weliswaar ieder jaar enkele vragen, maar nemen genoegen met een globaal en ontwijkend antwoord. Of zou minister Plasterk de eerste politicus zijn die het WOZ systeem te asociaal vindt?
Drs. R.H. de Ruiter,
Financieel economisch adviseur
Onroerend goed belasting is bedoeld als bijdrage van huiseigenaren in onderhoud van straat en riolering door de gemeente.Dit om verpaupering van de buurt te voorkomen, niemand gaat tenslotte in z’n eentje een straat onderhouden als de buren niet mee willen betalen, vandaar de belasting.
Het is dus geen overbodige of oneerlijke belasting, mits de gemeente dit echt voor straatonderhoud besteedt.