Duitsland is met afstand de belangrijkste exportbestemming voor Nederland. Ruim de helft van de Nederlandse goederenexport naar Duitsland is in ons eigen land geproduceerd. In 2009 exporteerde Nederland voor bijna 75 miljard euro aan goederen naar Duitsland. Dit is bijna een kwart van de totale uitvoerwaarde van goederen. Daarna volgen België (11%), Frankrijk (9%), het Verenigd Koninkrijk (8%), Italië en de Verenigde Staten (beide 5%). Als alleen wordt gekeken naar de export van goederen van Nederlandse makelij dan blijft Duitsland de met afstand belangrijkste exportpartner. In deze alternatieve rangschikking klimmen de Verenigde Staten van een zesde naar een vijfde plaats.
De wederuitvoer van goederen is voor Nederlandse exporteurs vooral lucratief naar landen die op korte afstand liggen. Bij de export naar verre landen, zoals Nigeria, Mexico, Japan, Taiwan, Zuid-Korea en de VS, domineert de uitvoer van Nederlands product. Bij de export naar Europese landen zoals Zweden, Finland, Hongarije, Polen, Spanje en Tsjechië is het juist zo dat de wederuitvoer het grootste aandeel in de totale uitvoerwaarde heeft. De uitvoer van een euro Nederlands product draagt ruim zesmaal meer bij aan onze economie dan een euro wederuitvoer.
Nederland exporteerde in 2009 voor 130 miljard euro aan goederen van Nederlandse makelij naar Europa. Dit is drie kwart van de totale uitvoer van Nederlands product. Deze export bestaat vooral uit voeding, dranken, grondstoffen en minerale brandstoffen. De laatste twee producten gaan ook vaak naar Afrika en Zuid-Amerika. Naar Noord-Amerika gaan vooral chemische producten en naar Azië en Oceanië gaan met name Nederlandse machines en transportmiddelen.
