Voor lezers die mij minder goed kennen is het vaak lastig om te bepalen aan welke kant ik nu eigenlijk precies sta. Lezers weten daarom vaak niet of ik aan de kant sta van de keynesiaanse economen of aan de kant sta van de mensen die zeggen dat het systeem ten onder zal gaan. Het klinkt misschien wat vreemd, maar ik sta in feite aan beide kanten.
Het systeem van geld uit schuld is eindig
Ik waarschuwde, net als vele anderen op internet toen der tijd, al vroeg voor de kredietcrisis en waarschuwde er ook voor dat deze crisis een nieuwe economische tijd in zou leiden. Dit was niet uniek in die tijd, maar voor 2008 werden de mensen die dit zeiden vaak wel voor gek verklaard. De reden waarom ik dacht dat de crisis anders zou zijn dan de crises die we gehad hebben, was omdat ik zag dat de andere crises meteen de kop werden ingedrukt door rentes te verlagen en zo het systeem van schulden nog verder op te blazen. Het moest een keer goed fout gaan en dat moment kwam in 2008 toen de moeder der zeepbellen, de huizenzeepbel, knapte. Een geknapte huizenzeepbel heeft bij instorting zoveel massa, dat het hele systeem er door naar de knoppen gaan. Ik verwachtte dan ook dat de beleidsmakers de controle zouden verliezen. Gek genoeg wisten ze de paniek te sussen, maar natuurlijk zou dat het onderliggende probleem – het aan zware slijtage onderhevige schuldensysteem – niet verhelpen.
De enige echte oplossing voor het probleem van de schuldencrisis (wereldwijd, niet alleen Europa) is door een einde te maken aan de schulden en daarmee ook een einde te maken van een groot deel van het geld. Alleen wanneer we schulden wereldwijd zouden gaan wegstrepen, zou het systeem gereinigd worden van haar ouderdomskwalen. Het daadwerkelijk aflossen van schulden gaat niet, omdat er simpelweg niet genoeg geld is om de schulden af te lossen (Geld is schuld en totaal aflossen zou inhouden: schuld + rente – geld(=schuld)). Het mondiaal afschrijven van schulden is theoretisch niet zo moeilijk, omdat het slechts inhoudt dat schulden uit de boeken worden geschreven, maar in de praktijk zou het een ramp van enorme omvang inhouden.
Als we kiezen voor schuldsanering
Als we er voor kiezen om het werkelijke probleem aan te pakken, namelijk het teveel aan schuld, dan komen we al snel tot de ontdekking dat de gevolgen van een dergelijke aanpak catastrofaal zouden zijn. Het vermogen van pensioenfondsen (voor groot deel staatsobligaties, commercieel vastgoed enzovoorts) zou in zo’n situatie door geldkrimp en niet terugbetaalde obligaties in no-time in een bijna waardeloos hoopje assets veranderen en ook het geld op de spaarrekeningen (gezien banken het spaargeld meerdere malen hebben uitgeleend) zal er niet meer van af te halen zijn. Alle cijfers waar wij op vertrouwden, zullen niets anders dan lucht blijken te zijn en dat is een zeer huiveringwekkend toekomstbeeld. En dus kiezen we massaal, met name politici, niet voor deze weg. Deze weg doet teveel pijn en dus schuiven we het probleem voor ons uit. Wat we op dit moment aan het doen zijn, is het massaal vooruitschuiven van een probleem dat niet weggaat door nieuwe stimuleringen of door bezuinigingen. En als we dan toch lekker doorgaan met dit systeem, dan kunnen we het maar beter goed doen.
We moeten kiezen: opnieuw beginnen of niet bezuinigen
En dus moeten we een duidelijke keuze gaan maken. Wat willen we? Willen we de pijn nu, of willen we de pijn later en schuiven we het probleem door naar de toekomst, zodat we nu nog even kunnen doormodderen? Ik weet vrijwel zeker dat er geen politicus is die het eerste op zijn geweten wil hebben en daarom vindt ik dat we het dan maar meteen goed kunnen doen ook. Bezuinigen heeft, zoals ik eerder al heb laten zien – geen enkele zin, omdat het de problemen alleen maar verergerd. Het universum dat we hebben gecreëerd van schuld en geld zakt er alleen maar meer van in elkaar en het einde van het systeem komt door de bezuinigingen alleen maar sneller in zicht. Dus als we willen rekken, dan moeten we het goed doen en kiezen voor stimuleringsmaatregelen. Het enige dat er toe doet, is dat de schulden van overheden toenemen, zodat de schuldafname in de private sector kan worden gecompenseerd. Als we doorgaan met het systeem, dan moeten er meer schulden komen, zodat ook de hoeveelheid geld kan blijven groeien. Als we dit massaal gaan doen, zullen mensen sneller hun schulden kunnen aflossen en tegelijkertijd consumeren, zodat de economie op gang blijft. Zodra de private sector dan weer op normale schuldniveaus zit, kunnen we misschien het spelletje nog eens een keertje omkeren en weer een schuldenzeepbel in de private sector creëren.
Niet eindeloos vol te houden
Deze manier van werken is natuurlijk niet eindeloos vol te houden en dus zal er een keer een moment komen waarop we toch massaal schulden zullen gaan afstempelen. Maar dit zal pas gebeuren als er echt geen andere oplossing is. Maar tot die tijd zitten we in dit systeem en dus moeten we ook de regels van dit systeem opvolgen om te kunnen overleven.


