De World Energy Outlook van het Internationaal Energie Agentschap is de basis onder het energiebeleid van veel Westerse landen. Het wordt gezien als de meest betrouwbare bron voor data over energie. Niettemin is er al jaren kritiek op de wijze waarop het IEA prognoses doet over de oliemarkt.
In verschillende Nederlandse en Belgische kranten werd vandaag een bericht van de Britse krant The Guardian overgenomen waarin een anonieme medewerker van het Internationaal Energie Agentschap aan het woord komt die forse kritiek uit op de manier waarop het instituut olieproductie cijfers naar buiten brengt. De medewerker beweerd dat deze te rooskleurig worden voorgesteld om paniek in de oliemarkt te voorkomen. Het stuk in The Guardian is een herhaling van geruchten die al jaren rondzingen.
Dat de kritiek is te geven op de cijfers van het IEA is niet afhankelijk van al dan niet anonieme klokkenluiders. Vorig jaar deed weblog The Oildrum een diepgaande analyse naar de data achter het World Energy Outlook 2008 en kwam tot de conclussie dat er het nodige aan te merken is op de manier waarop de onderzoekers van het IEA hun data verwerken in conclusies. Ook dit jaar zal The Oildrum in gaan op het World Energy Outlook 2009
Zowel ons eigen onderzoek als dat van bijvoorbeeld een groep Britse universiteiten verenigd in het UKERC komen op andere conclusies als het Internationaal Energie Agentschap. Dat werpt de vraag op of het verstandig is om de cijfers van het IEA te gebruiken als enige onderbouwing voor ons energiebeleid.
Via: PeakOil