De werkloosheid in de 16 landen van de euro is in mei uitgekomen op 10%. In mei 2009 was het werkloosheidspercentage nog 9,4%. De gemiddelde werkloosheid van alle 27 landen van de eurozone kwam uit op 9,6%, een stijging van 0,7 procentpunt in vergelijking met vorig jaar. In totaal waren er in mei 2010 zo’n 15,8 miljoen mensen werkloos in de eurozone. Er kwamen ten opzichte van april 35.000 werklozen bij. Op jaarbasis steeg het aantal werklozen met 1,8 miljoen. Dit blijkt uit cijfers van Eurostat.
De laagste werkloosheid werd gemeten in Oostenrijk (4%) en Nederland (4,3%). Een jaar geleden bedroeg de Nederlandse werkloosheid volgens Eurostat nog 3,3%. In Letland, Spanje en Estland was de werkloosheid het hoogst. In Letland zit één op de vijf inwoners zonder baan, in Spanje bedraagt de werkloosheid 19,9% en in Estland zit 19% van de beroepsbevolking zonder werk.
In 5 landen in de werkloosheid in vergelijking met vorig jaar gedaald. In Oosterijk daalde de werkloosheid van 4,9% naar 4% en in Duitsland nam de werkloosheid af met 0,6 procentpunt, van 7,6% naar 7%. Estland en Letland hadden te maken met de grootste stijging op jaarbasis. Het percentage in Estland steeg van 11% naar 19% en in Letland van 13,5% naar 20%.
Er zijn momenteel iets meer vrouwen dan mannen werkloos. Op jaarbasis steeg het werkloosheidpercentage van mannen van 9,2% naar 9,9%. Bij vrouwen steeg dit percentage van 9,5% naar 10,2%. De jeugdwerkloosheid (onder de 25) in Europa kwam uit op 20,5%, van 19,5% een jaar geleden. Nederland heeft van alle Europese landen de laagste jeugdwerkloosheid (8,1%). Met ruim 40% is de jeugdwerkloosheid in Spanje het hoogst, gevolgd door Estland (39,8%) en Letland (39,7%).
